20-06-2011
Minister Schippers legt de verantwoordelijkheid voor gezondheid ten onrechte weer helemaal bij de burgers zelf.
Minister Schippers (volksgezondheid) komt met nieuw beleid. Het goede nieuws is dat ze een screeningsprogramma voor darmkanker wil opzetten. Het slechte nieuws is dat ze de verantwoordelijkheid voor gezondheid verder helemaal wil leggen bij de individuele burger en bij de gemeenten. Het is voortaan aan het individu om op eigen kracht voor gezond gedrag te kiezen, terwijl de gevolgen van ongezond gedrag ook voor de samenleving merkbaar zijn. Het idee van de minister om uit te gaan van eigen verantwoordelijkheid en eigen kracht van mensen is te simpel. Juist de groepen die het meeste baat kunnen hebben bij het stimuleren van gezondheid, zoals mensen met een lage opleiding en een laag inkomen of mensen met een handicap of chronische ziekte, hebben vaak extra steun nodig. Omdat gezondheid een publiek goed is, is het niet meer dan terecht om dit centraal te regelen en financieren. Zonder een goede gezondheid is doorwerken tot je 67ste niet mogelijk. Uit onderzoek blijkt dat elke euro die geïnvesteerd wordt in een gezonde leefstijl, 2,80 euro aan voordelen op kan leveren. De helft van de chronische ziekten in Nederland hangt samen met een ongezonde leefstijl. Het kabinet beaamt dat preventie loont, maar laat verantwoordelijkheid en investeringen aan anderen over. De minister is in principe tegen de vergoeding van leefstijlinterventies in het basispakket. De groep rokers in Nederland (27 procent) zal dus niet kleiner worden. Nederland zal in Europa één van de landen met het hoogste percentage rokers blijven. Andere effectieve interventies blijven ook achterwege. Dat gebeurt, terwijl het bekend is dat overgewicht en fysieke inactiviteit vaak voorkomen en er effectieve programma's voor zijn ontwikkeld. Maar die programma's komen er niet. De kans op diabetes kan met 50 procent omlaag als mensen met een hoog risico voldoende bewegen en gezonder eten. Het is veel beter die groepen te ondersteunen die veel te winnen hebben bij een goede leefstijl, zodat ze met enige hulp de kracht vinden om voor gezondheid te kiezen. Met het vroeg opsporen en behandelen van infectieziekten is veel gezondheids- en economische winst behaald. Dat de minister een programma aankondigt voor de vroege opsporing van darmkanker vanaf 2013, is een stap in de goede richting. Ze kan echter nog meer stappen zetten om vooral chronische aandoeningen te voorkomen. Recent hebben gezondheidsfondsen samen met artsenorganisaties een systematiek ontwikkeld voor vroege opsporing van mensen met een hoog risico op hart- en vaatziekten, diabetes type 2 en nierziekten. Er zijn plannen om deze systematiek uit te breiden naar kanker en depressie. Het kabinet zou deze initiatieven actief moeten steunen. De aandacht moet worden verlegd van ziekte en zorg naar gezondheid en gedrag. Met elkaar zien we het aantal mensen met chronische aandoeningen én de zorgkosten stijgen. Bewezen interventies kunnen deze stijging in toom houden of zelfs keren. In tijden van bezuinigingen zou de overheid juist hier op in moeten zetten. Toch schuift het kabinet de verantwoordelijkheid af op de individuele burger en lokale overheden. Meer aandacht voor gezondheid en gedrag komt niet alleen de individuele burger ten goede, maar ook de economie. Het stimuleren en actief ondersteunen van gezond gedrag is geen 'betutteling'. Juist hierin zou de overheid een grotere rol moeten spelen dan waar de minister nu voor kiest.
Je bent hier:
Over ons