28-07-2008
En op en neer, en op en neer. In een strak tempo met een al even strakke blik op de display werkt Kees de Rooij zich op de triceps-press in het zweet. Kees is 48 en heeft sinds een jaar of drie, vier diabetes.
Type II om precies te zijn. Oftewel ouderdomssuiker zoals in de volksmond wordt gezegd. Kees de Rooij slikt medicijnen en hoeft nog nét niet te spuiten. En om dat zo te houden, is hij in mei gaan fitnessen.
Niet zomaar in het wilde weg, nee, zeer gecontroleerd en met specifieke doelen. Kees maakt deel uit van een groep van zestien lotgenoten die drie keer per week naar Medisport komen om te trainen.
Ze zijn verwezen door de huisarts en mogen – als het tenminste in het aanvullend pakket zit – zes maanden lang op kosten van de verzekeraar aan het lichaam werken.
Aan de triceps-press duwt Kees met beide armen steeds 32,5 kilo omhoog. Drie keer twaalf keer. Op het schermpje voor hem kan hij zien wat zijn Range of Motion (bewegingsuitslag) is en zijn Power (bewegingssnelheid). Het is een van de zeven apparaten waarmee hij zijn lijf traint. Dit specifieke toestel is bedoeld om de spieren aan de achterkant van de armen te versterken.
Dat legt Lars Pot ons welwillend uit. Hij is instructeur en begeleidt de deelnemers aan het diabetesproject op de trainingsvloer. "Ik let er bijvoorbeeld op of iemand zijn armen wel goed beweegt of op de juiste manier een toestel gebruikt." Voor de medische begeleiding zijn een verpleegkundige en een fysiotherapeut beschikbaar. De verpleegkundige meet voor en na elke training het suikergehalte. De fysiotherapeut bepaalt wie mee kan doen en welke oefeningen ze moeten doen. Hij stelt bij de intake een individueel programma op waarbij rekening wordt gehouden met de conditie en eventuele lichamelijke beperkingen zoals bijvoorbeeld rugproblemen. Kees de Rooij is vandaag met zijn individuele training bezig. De andere twee dagen wordt er gezamenlijk gesport. De bedoeling van dat gezamenlijke is, dat mensen elkaar stimuleren. En dat werkt. De meeste mensen zijn al een paar kilo afgevallen. "Afvallen is geen doel op zich" zegt fysiotherapeut Rob van den Wijngaart, "maar voor de meeste deelnemers is dat wel belangrijk. Het gaat in feite om de combinatie voeding en bewegen. Wat wij willen bereiken met het programma, is de vicieuze cirkel doorbreken waarin veel diabetici terechtkomen. Ze bewegen weinig omdat ze bang zijn dat hun suiker dan ineens omlaag schiet. Daardoor worden ze inactiever en vervolgens dikker. Daardoor gaan ze nóg minder bewegen et cetera."
Kees denkt niet dat hij ooit van de medicijnen af raakt, raken, maar is wel al twee kilo kwijt. "En dat is mooi."
Bron: BN de Stem
Je bent hier:
Over ons