24-04-2010

Naar de drie miljoen!

AMSTERDAM - De fitnessbranche zit in de lift. Met ruim 2,5 miljoen actieve leden is zij een van de grootste maatschappelijke netwerken in ons land. De verwachting is dat de sector de komende jaren almaar verder groeit naar zo’n 3 miljoen fitnessers. We hechten immers steeds meer waarde aan gezondheid en vitaliteit.

Ergens in de jaren zeventig is fitness komen overwaaien uit het buitenland, met name de Verenigde Staten. In eerste instantie was er nog geen sprake van gespecialiseerde centra zoals nu het geval is. Integendeel, er kwamen slechts wat judo- en krachtsportscholen in ons land. We kennen wellicht allemaal het beeld van een krachtpatser die met een verhit hoofd en de tanden op elkaar een dumbell of halter de lucht in drukt.

Hoe anders is het nu! Terwijl het profiel van een fitnesscentrum tot voor kort zo’n beetje overal gelijk was, wordt de branche steeds diverser en ontstaan er centra in allerlei soorten en maten die op specifieke doelgroepen zijn gericht. Voor mensen met een smalle beurs is er een budgetcentrum en zelfs voor dames is er een aparte faciliteit.

Met dit grote, brede aanbod is het echter wel zaak dat de klant op de juiste plek terechtkomt, meent Ronald Wouters, directeur van brancheorganisatie Fit!vak. „Niet iedere consument is hetzelfde. Doordat er meer soorten fitnesscentra bij komen, ontstaan verschillen in prijs en inhoud van dienstverlening. Een consument die vijftien euro in de maand betaalt en een uitgebreide begeleiding verwacht, komt echter bedrogen uit. Enerzijds moet de consument vooraf kritischer zijn en anderzijds moet een intakegesprek duidelijk maken wat hij of zij wil. Dat voorkomt dat mensen afhaken”, legt hij uit.

Intussen is het aantal actieve fitnessers in ons land gegroeid naar 2,5 miljoen. Dat het zo sterk is toegenomen, heeft onder meer te maken met onze levensstijl. We zijn steeds drukker, vliegen van hot naar her, maar willen als het even kan toch georganiseerd sporten.

„Voor mensen die altijd hebben gesport, is fitness daarom een goed alternatief. Zij hebben een druk sociaal leven opgebouwd en weinig tijd om nog aan wedstrijdsport te doen. Op zondagmiddag stipt om half drie op het voetbalveld staan lukt gewoonweg niet meer. Fitness kunnen zij daarentegen doen wanneer het hen uitkomt, want de centra hebben ruime openingstijden. In een tijd met veel tweeverdieners is dit ideaal”, stelt Wouters.

De grootste groei van het aantal fitnessers wordt echter verklaard door de niet-sporters en vijftigplussers die massaal de weg naar het sportcentrum hebben gevonden. Terwijl voorheen vooral een overwegend jong publiek de voorziening bezocht, komen er steeds meer senioren bij. Wouters: „De centra zijn steeds beter op een oudere doelgroep afgestemd. Er liepen eerst alleen instructeurs van 20 tot 25 jaar rond, maar nu komen er oudere trainers met meer levenservaring bij die zich beter in de vijftigplussers kunnen verplaatsen. Bovendien wordt er geen harde, dreunende muziek gedraaid.”

De niet-sporters zijn de mensen die van oudsher weinig trek hebben om in beweging te komen. Zij raken er echter steeds meer van doordrongen dat sporten goed voor hun lichaam is. „Het gaat om de groep mensen die met zwaarlijvigheid worstelt. Het is ontzettend belangrijk dat de lessen voor deze personen goed aansluiten op de doelgroep. Het Nederlands Instituut voor Sport en Bewegen (NISB) heeft daarom een plan ontwikkeld waaraan een huisarts en levensstijlconsulent zijn gekoppeld. Vanuit hun vakmanschap moeten zij de mensen naar de juiste centra doorverwijzen”, vertelt Wouters.

Medici verwijzen niet alleen door, maar bieden tegenwoordig zelf ook volop fitnessfaciliteiten. Fysiotherapeuten huren veelal een ruimte in een dergelijk centrum. Patiënten stellen dit zeer op prijs omdat zij vinden dat daarmee de kwaliteit van de dienstverlening toeneemt.

Mede daardoor worden de fitnesscentra steeds omvangrijker. Daarnaast vindt er schaalvergroting plaats; momenteel bestaat 15 procent van alle fitnesscomplexen uit ketens. Anderzijds verbreden de centra zich in rap tempo en bieden zij speciale diensten aan die tot voor kort ongebruikelijk waren voor een fitnesscentrum.

„Bijvoorbeeld enkele centra waar meditatieruimtes zijn ingericht, dat is een echte trend”, legt de directeur van Fit!vak uit. „Men zegt wel eens: bewegen is goed voor lichaam en geest. Soms is ontspanning juist heel welkom. Het is prima dat centra zich op het mentale aspect concentreren, want bij zwaarlijvige personen komt het vaak ook op gedragsverandering aan.”„Pas als de klant zich van het gewichtsprobleem bewust is, kan hij worden geholpen.”

DE STRAAT OPHet staat nog in de kinderschoenen, maar de komende jaren gaan we volgens Ronald Wouters veel horen over fitnessen in de openlucht (foto). „Er zijn bedrijven die hun fitnessactiviteiten letterlijk naar buiten willen verplaatsen. Apparaten en toestellen worden geplaatst onder een afdak, waardoor je heerlijk in de buitenlucht kunt sporten. De omgeving is veelal mooi aangekleed en heeft een schitterende tuin. In het buitenland komt deze formule al voor, bijvoorbeeld in Peking. Daar kun je zelfs gewoon op straat fitnessen. Bij ons is fitnessen in de openlucht ook al op enkele plaatsen mogelijk.”

Volg ons ook op:

Overige nieuws

Je bent hier:

AANGESLOTEN BIJ


EFAA
Missie & visie

Samen bijdragen aan de stop van de toename van overgewicht.

Stop overgewicht MEER INFO

Nieuwe Gezondheid
Trainers Netwerk

Gratis inspiratie netwerk voor trainers met passie voor het vak

Trainers netwerk MEER INFO

Nieuwe Gezondheid
Lidmaatschappen

Word een leefstijl kenniscentrum van jouw regio!

Nieuwe Gezondheid MEER INFO